Voor veel kinderen staat leren zwemmen voor angst. Ze zijn zenuwachtig voor de zwemles en piekeren er soms in hun bed over of hebben er zelfs nachtmerries over. Een enkeling kan wel eens bang zijn tijdens de zwemles, dat kan gebeuren. Maar ik zie tijdens mijn bezoeken aan zwembaden te veel kinderen die bang zijn tijdens de zwemles. Er zijn onderzoeken geweest die aangeven dat drie op de tien kinderen bang zijn voor of tijdens de zwemles. Dat is veel. Hoe zie je of een kind bang is? Soms huilen ze, verslikken ze zich, drukken ze zich, bedenken ze uitvluchten, zijn ze misselijk, moeten ze vaak plassen, bibberen ze, verzetten ze zich of misschien doen ze zelfs stoer om hun angst te overschreeuwen.
Er zijn veel vormen van angst zichtbaar en er zijn ook veel oorzaken van angst mogelijk. Dat is niet waar het om gaat. Het gaat er om dat als je signalen ziet, je oprechte aandacht geeft aan deze signalen. De reactie van de lesgever en ouder bij angst is er vaak een van ‘Kom op, even doorzetten, iedereen kan het dus jij ook. Stel je niet aan, wat gek gisteren kon je het wel en nu niet?’. Kortom, bang zijn wordt niet altijd geaccepteerd en serieus genomen. Dan heb ik het nog niet eens over uitlachen, forceren, dreigen, binnen een groep het kind aanspreken of onder het toeziend oog van de hele groep dwingen door het gat te gaan.
Lees de column van Leone Hamaker verder in ZwembadBranche #44.