De tijd zal het leren…

Een actueel vraagstuk bij veel gemeenten is hoe om te gaan met zwemwater en de functie ervan, ingegeven door de ‘energiecrises’, de oorlog in Oekraïne, klimaatdoelstellingen, CO2 uitstoot en de stikstofproblematiek. Voordat we met de huidige situatie te maken kregen, was het doel van een gemeente om zoveel mogelijk traffic te krijgen bij de zwembaden om zo de exploitatie goed te kunnen dekken. Waar vroeger de traffic gedekt werd door het bekende schoolzwemmen en er weinig concurrentie was van particulieren zwembaden, is dit de laatste tijd veranderd. De concurrentie is veel groter, net als de bereidheid van klanten om te reizen naar zwembaden. Dit maakt dat de openbare zwembaden moeten concurreren met glijbanen en allerlei andere attracties.

De vraag is of dit überhaupt de bedoeling is en was. De discussies binnen gemeenten gaan van ‘waarvoor bieden we primair zwembadwater’ tot ‘waar vult zwembadwater aan of concurreert het met de particuliere sector’. In een tijd waar hoge energiekosten, onderhoudskosten en toenemende investeringen om het zwembad aantrekkelijk te maken en te houden het lastig maken. Wat dan wel eens op verzet stuit van bestuur en ambtenaren, want wat kunnen en willen we met het zwembadwater? Veel hoor je ‘we zijn er voor zwemlessen, doelgroepen en sportverenigingen’ en franje is nu wel echt nodig. Maar tegen welke kosten? Ook speelt de markt in op alternatieven voor het zwembad zoals zwemwater in de natuur of bij zandafgravingen.


Ben jij op zoek naar een leverancier voor zwemlesmaterialen? 👉 Klik hier.



Er zijn dus veel gemeenten die worstelen met de doelstelling van hun zwembadwater en hoe dit financieel beheersbaar kan blijven. Wat ook meespeelt zijn de verwachtingen dat de energiekosten nog sterk zullen stijgen en de beschikbaarheid ervan meer en meer zal worden beperkt. Zoals eerder beschreven zullen veel zwembaden die aan onderhoud dan wel vervanging toe zijn, een grotere heroriëntatie krijgen. Nieuwbouw biedt kansen voor energie neutrale zwembaden, mede ingeven door binnen de omgeving te kijken naar een uitwisseling van energie zoals bijvoorbeeld het bouwen van een zwembad naast intensieve industrie. Ook vragen diverse gemeenten zich af of ze wellicht de markt kunnen en moeten gebruiken. Dat zwemlessen kunnen worden aangeboden door de kleinere private instructiebaden dan wel bestaande baden kunnen worden overgenomen. Feit is dat de zwemparadijzen met hun verwarmde buitenbaden lastiger in stand kunnen worden gehouden zonder vergaande verduurzaming.

Lees ook: Betaalbaar verduurzamen met ‘no-regret maatregelen’

Voor zwemwater kunnen we dan ook verwachten dat oplossingen zoals gebruik van buitenwater (natuurbaden), kleinere (privé) instructiebaden, wisselende openingstijden en energiesystemen voor het creëren van opslag hun entree zullen krijgen. Daarnaast verwacht ik ook dat de discussie om bestaande zwembaden af te stoten meer en meer zal worden gevoerd. De besluiten worden ook gesterkt door de ervaring van bestaande zwembaden in de omgeving van natuurbaden en dat bij mooi weer de natuurbaden de voorkeur krijgen boven de al oude zwembaden van de gemeenten. Regeren is vooruitzien, maar de tijd zal het leren welke keuzes uiteindelijk echt zullen worden gemaakt.

Deze column van Ronald Spoelstra verscheen eerder al in ZwembadBranche #88

Wil jij de komende editie van ZwembadBranche ook (thuis) ontvangen? Meld je dan aan voor een gratis abonnement via deze link.


advertentie

Dewi Online