Stel je voor het, overigens succesvolle, zwembadcongres rond half negen ‘s avonds. Na een dag vol inleidingen, workshops en netwerkactiviteiten, zit je eindelijk aan tafel. Het tafelgezelschap bestaat uit een uitgever, een VSG prominent en een consultant! De discussies aan tafel worden boeiend en inhoudelijk. De heren weten het niveau op te schroeven en geen vraag blijft onbeantwoord. Actuele onderwerpen zoals de gedragscode zwembranche, bezuinigingen en het trieste ongeluk in Tilburg geven stof tot discussie en nadenken. Eigenlijk lijkt alles op een reguliere congresavond. Ik zeg lijkt, want na die ene vraag wordt alles anders.
In het gezelschap wordt de allesomvattende vraag gesteld: ‘Wie zijn de grote visionairs in onze branche’? Wat er bij mij overbleef was verbijstering, onbegrip en een spreekwoordelijke mond vol tanden. Visionairs, wat zijn dat dan, hoe herken je ze, wat doen ze? Zijn het de bobo’s, degenen met succes? Die avond, de tweede congresdag en de dagen daarna blijft de vraag door mijn hoofd spelen.
Volgens de theorie is de visionair creatief, vindingrijk en intellectueel snel schakelend. Goed in een breed scala van dingen. Geniet van debatteren en wil het telkens net iets beter doen dan een ander. Raakt erg opgewonden over nieuwe ideeën en projecten, maar zou de routinematige aspecten van het leven kunnen verwaarlozen. Gewoonlijk openhartig en assertief, houdt van mensen en is stimulerend gezelschap. Uitstekende vaardigheden om concepten te begrijpen en logica toe te passen om oplossingen te vinden.
Maar wie zijn het dan? Volgens mij zijn ze niet altijd zichtbaar, maar ze zijn er wel. In elke organisatie zijn ze te vinden. We noemen ze ook wel snuffelmuisjes. Ze vinden altijd weer een nieuwe weg om iets, vaak de kaas, te bereiken. In tegenstelling tot de rondpompmuisjes, die kijken en luisteren naar de gangbare gebruiken en de nieuwe, o zo lekkere, kaas missen.
Hoe herken je ze dan? Vaak zijn het de medewerkers (of leveranciers of klanten) die wat lastig zijn. Die niet doen wat je zegt, die het net even anders doen. Het is die spits die het positiespel om zeep helpt en daardoor een briljant doelpunt maakt. Het is die verpleegkundige die geen bureaucratische omgeving wil en buurtzorg opricht. Het is die man die na verbannen te zijn geweest bij zijn eigen bedrijf, ineens terugkeerde met i-producten.
Het zijn diegenen die de innovatie al in gang hebben gezet zonder dat wij het zien. We hebben ze keihard nodig, zeker in onze branche. Kijk goed om je heen en vind ze. Gebruik hun visie en het wordt een succesvolle organisatie. Pas wel op dat je ze niet te veel in de watten legt. Ze moeten zich wat ongemakkelijk voelen en een beetje mopperen. Zet je ze op een voetstuk dan is het afgelopen.
We hebben ze hard nodig. Onze branche verkeert in een fase van boeiende dynamiek. De markt verandert, de geldstromen veranderen, de spelers veranderen en de consument verandert. Iedereen vraagt om antwoorden op de vragen die op ons afkomen. De komende jaren komen er kansen, alleen de visionairs gaan deze herkennen en benutten. Terug naar de vraag wie de grote visionairs in onze branche zijn of waren. Ik durf er twee te noemen: oprichter mr. J.A.C. Bierenbroodspot van Sportfondsen en Ton Gericke oud directeur en oprichter van de NRZ.
Graag hoor ik via twitter of een LinkedIn groep andere suggesties of aanvullende meningen.
Wilt u reageren op mijn column? @ronaldterhoeven
Geweldig om al die verschillende suggesties te horen. Ik ben zeer benieuwd naar nog meer visionairs in onze branche!