Niet aan de lijn hangen, niet rennen, niet steeds onder water gaan, niet duwen, niet zo schreeuwen, waarom sta jij nog niet op de kant? Komt de boodschap nog wel aan bij kinderen als ze deze feedback van jou ontvangen? Of zijn ze hier inmiddels al Oost-Indisch doof voor? Vaak zijn de kinderen tegen wie je dit soort dingen moet zeggen, minder gedreven om de zwemles te volgen zoals jij het graag zou willen zien. Of ze voldoen minder aan je verwachtingspatroon. Eigenlijk is het jouw probleem als lesgever dat je bepaalde normen verwacht van het kind in je les. Thuis of op school hebben ze wellicht ook al de hele dag gehoord dat ze dingen niet mogen en zich op een bepaalde manier moeten gedragen. Daardoor zijn ze aan het einde van de middag tijdens jouw zwemles niet zo meegaand meer…
Veiligheid
Het is fijn als kinderen zich gedragen zoals het gewenst is in een zwembad. Maar uiteraard kunnen we dat niet verwachten van ieder kind. Zeker niet na een lange schooldag. Maar hoe kunnen we deze kinderen dan wél corrigeren en/of prikkelen? Zonder dat dat vervelend hoeft te klinken of met een negatieve toon. Je wilt toch de veiligheid waarborgen en dan is bijvoorbeeld rennen langs de badrand op de natte tegels nou eenmaal niet wenselijk. Je wilt ook graag dat ze doorzwemmen en niet continu aan de lijn hangen om ze zo te stimuleren en vorderingen te laten maken met hun kracht-uithoudingsvermogen. Je wilt ook dat ze vlot uit het water klimmen, zodat jij kunt beginnen met je instructie. Niet teveel gevraagd toch?
Ben jij op zoek naar een leverancier die kan helpen bij het automatiseren van processen in jouw zwembad of zwemschool? 👉 Klik hier.
Lees ook: Praten met kinderen wordt zo simpeler, effectiever en vooral leuker!
NIET RENNEN…
De gouden regel is eigenlijk te benoemen wat je wél graag zou willen zien. En op een zo positief mogelijke toon. Het woordje ‘niet’ in een zin, horen ze immers toch niet meer. Bij de zin: ‘NIET RENNEN!’horen ze eigenlijk alleen maar ‘RENNEN!’. Waardoor je vervolgens inderdaad juist het tegenovergestelde bereikt. Maar hoe dan wel? Wil je dat kinderen rustig lopen zodat ze niet uitglijden? Het is heel simpel. ‘Kun jij ook rustig lopen?’ Wil je dat een kind zich niet aan de lijnen vasthoudt? ‘Lukt het jou om naar de overkant te zwemmen zonder de lijn te raken?’ Gaat een kind steeds met het hoof onder water? ‘Jij kan echt heel goed onder water zwemmen, maar lukt het jou om naar de overkant te zwemmen zonder dat je hoofd onder water is gegaan?’ Alle kinderen aan de kant krijgen? ‘Wauw, wat staan jullie snel op de kant.’ En ondertussen gaat het kind dat nog in het water ligt vlotter eruit klimmen, want die wil natuurlijk ook zo’n compliment.
Daag jezelf uit!
Daag kinderen uit en wees geen politieagent die ze alleen op hun fouten wijst. Eigenlijk hoeven ze in je les geen één bewuste correctie te horen. Kinderen laten je veel beter zien wat ze kunnen als je ze positief benadert en uitdaagt. En dan blijft de sfeer in je les ook veel fijner. Luister deze week eens in het zwembad hoe vaak je het woord ‘niet’ bij je collega’s voorbij hoort komen en observeer wat dat met de kinderen en de sfeer in de les doet. En.. daag jezelf uit en probeer in je eigen zwemles het woord ‘niet’ te vermijden en alle situaties op een positieve manier te benaderen. Succes!
Deze blog is geschreven door Britt Klaassen-Anholts. Britt is zwemonderwijzer en docente bewegingsonderwijs, heeft een eigen zwemschool en een zwemorganisatie die zich richt op het helpen van ouders en kinderen op weg naar een zwemdiploma, genaamd: Met succes op zwemles!