23 april ZwembadBranche Dag Belgie

Staat coronatoegangsbewijs bij de zwemles onder druk?

Eind december deed de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland de uitspraak dat zwembad ’t Gooische Bad bij de zwemles voorlopig geen coronatoegangsbewijs hoeft te controleren. Men oordeelde dat zwemlessen onder onderwijs vallen en dat zwembaden geen binnensportlocaties zijn en dus de maatregel ook niet van toepassing is. Het kabinet liet weten dat deze uitspraak niet van invloed is op het geldende landelijke beleid rondom zwembaden omdat het een individueel geval betreft. Men beriep zich hierbij op het standpunt van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Onterecht vindt Shiva de Winter en stuurde alle gemeenten een sommatie om niet langer te controleren op de QR-code bij de zwemles. Daarnaast diende hij een WOB-verzoek in om de rol van de NCTV hierin nader te onderzoeken.

Shiva de Winter | Nederlandse Stichting Water- & Zwemveiligheid

In navolging op de uitspraak van 28 december is Hilversum gestopt met het controleren op het coronatoegangsbewijs bij begeleiders die kinderen naar zwemles in zwembad ´t Gooische Bad brengen. Volgens Shiva de Winter (NSWZ) had dit beleid landelijk moeten worden aangepast. “Helaas hebben de betrokken instanties na de uitspraak niet het beleid ten aanzien van de zwemles aangepast. De voorzieningenrechter was echter heel duidelijk, zwemlessen vallen onder onderwijs en dus is de maatregel om een QR-code te tonen niet van toepassing.” Shiva is blij met de uitspraak en zou graag zien dat veel meer gemeenten volgen, maar vreest dat velen zich nu niet durven te conformeren aan de uitspraak van de rechter hoewel ze dat wel zouden willen. “Met het inschakelen van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid en de mededeling dat het hierbij gaat om een individuele casus, zijn gemeenten op het verkeerde been gezet. Daarbij heb ik grote twijfels bij de hele gang van zaken, de NCTV gaat niet over een individueel geval als deze en er is ook geen officiële uitspraak. Is de NCTV wel benaderd? Met het verzoek tot volledige inzage van alle stukken en communicatie wil ik dat de onderste steen naar boven komt. Door het landelijke invoeren van het coronatoegangsbewijs bij zwemlessen zitten nu 15.000 kinderen thuis die niet begeleid kunnen en mogen worden door hun eigen ouders en/of begeleiders. In een land waar zwemveiligheid hoog in het vaandel staat, is dit wat mij betreft onacceptabel.”


Ben jij op zoek naar een leverancier die kan helpen bij het automatiseren van processen in jouw zwembad of zwemschool? 👉 Klik hier.



André de Jeu | Vereniging Sport en Gemeenten

André de Jeu (directeur VSG) merkt dat de regelgeving rondom het coronatoegangsbewijs voor de zwembaden de voor-en tegenstanders door het hele land blijft bezighouden. “De emoties lopen daarbij helaas soms hoog op, ik wil hier daarom graag duidelijkheid in aanbrengen. Gemeenten hebben de taak om de wetgeving te handhaven zoals die is opgenomen in de Tijdelijke Regeling Maatregelen Covid-19. Die verplichting betekent dat iedereen van 18 jaar en ouder een coronatoegangsbewijs moet tonen bij binnenkomst van een zwembad. De uitspraak van de voorzieningenrechter over een zwemschool in Hilversum waar naar verwezen wordt verandert daar juridisch niets aan. NSWZ trekt een andere, maar helaas verkeerde, conclusie.” Daarbij benadrukt André dat de Vereniging Sport en Gemeenten net als iedereen een duidelijke en consistente lijn vanuit het Rijk wil en ervoor pleit de maatregelen te versoepelen of te laten vervallen zodra dat kan. “Dat wil niet zeggen dat wij vinden, laat staan zouden adviseren, dat gemeenten of zwembadexploitanten niet de huidige wetgeving zouden moeten volgen. Het staat in Nederland iedereen vrij om hun mening door een rechter te laten toetsen. Naar de mening van Vereniging Sport en Gemeenten is het dan niet juist om de handhaver van wetgeving voor de rechter te dagen, maar de wetgever.”

Lees ook: Zwembad Hilversum na uitspraak rechtbank tot nader order niet verplicht tot CTB bij zwemlesouders: wat betekent dit voor de zwembranche?

Richard van den Berg | ENVOZ

Richard van den Berg, operationeel directeur ENVOZ, vindt het belangrijk dat er iets gebeurt en hoopt dat er door de sommaties iets in gang wordt gezet. Een geluid dat hij ook hoort bij verschillende zwembaden die bij ENVOZ zijn aangesloten. “Het is broodnodig dat er wordt opgestaan tegen ambtelijke achterkamertjes.Natuurlijk is het belangrijk dat de zwembranche zijn stem laat horen in politiek Den Haag, maar we weten inmiddels allemaal welke partijen straks de subsidies gaan opstrijken.” Liever ziet Richard dat er gewerkt wordt aan een oplossing zodat alle kinderen zonder restricties kunnen leren zwemmen. “Ik ben zeker van mening dat maatregelen tegen dit virus belangrijk zijn, maar we moeten dan vooral ook blijven kijken naar wat wel kan én wat in het belang is van iedereen. Door het coronatoegangsbewijs worden kinderen nu buitengesloten, dat is duidelijk. Door alle ouders via een ‘kiss & ride’ principe hun kinderen de gelegenheid te geven zwemlessen te volgen, is het verantwoord en toegankelijk voor iedereen.” Tegelijkertijd betreurt Richard het wel dat deze discussie voor verdeeldheid kan zorgen. “Helaas roept het veel emoties op en dat is niet wat je wil. Uiteindelijk hebben we allemaal hetzelfde doel: alle kinderen zwemveilig maken. Laten we ons daar vooral op blijven focussen.”

Michiel van Nispen | SP

Tweede Kamerlid Michiel van Nispen (SP) laat weten al geruime tijd op het standpunt te staan dat het coronatoegangsbewijs moet verdwijnen, zeker in zwembaden en bij de zwemlessen. Hij betreurt het dan ook dat minister dit nog niet heeft gedaan ondanks dat zij recent in antwoord op Kamervragen van Michiel van Nispen de grote gevolgen voor de zwembranche door de maatregelen en de aantallen kinderen die hierdoor achterstanden oplopen expliciet benoemde en erkende. “De zwemlessen moeten als essentieel worden aangemerkt. Ook vind ik dat er een plan moet komen en hulp vanuit de regering hoe zoveel mogelijk kinderen nog voor de zomer zwemveilig kunnen worden en hoe achterstanden kunnen worden ingehaald.” Om de scheiding van de machten zuiver te houden, bemoeit hij zich niet met de sommaties en juridische procedures. “Vanuit de wetgevende macht zet ik mij in voor de zwemveiligheid. Maar de uitkomsten van eventuele juridische procedures wacht ik natuurlijk met belangstelling af.”